Kwaliteit van zorg verhogen
Nathan is werkzaam bij GGZ Oost Brabant als klinisch psycholoog en programmaleider. Daarnaast is hij werkzaam bij Tilburg University als associate professor en hoofd van de onderzoekslijn persoonlijkheid en trauma. Het onderzoek binnen deze onderzoekslijn concentreert zich op toegepast wetenschappelijk onderzoek voor mensen met trauma en persoonlijkheidsstoornissen met als doel de kwaliteit van zorg en de mate van herstel van deze mensen te verhogen. Nathan is supervisor gedragstherapie en schematherapie en hij behandelt cliënten met complex trauma en persoonlijkheidsstoornissen.
“In mijn werkzaamheden probeer ik verbindingen te leggen tussen de wetenschap, de klinische praktijk en onderwijs, door verbindingen te leggen tussen mensen, teams en kennisbronnen. Dit alles voornamelijk ten behoeve van het verbeteren van de kwaliteit, effectiviteit en efficiency van zorg en daarmee de kwaliteit van leven van de cliënten waar we zorg aan geven.”
De zorgvraag verandert
De zorgvraag in de Nederlandse GGz en andere zorgsectoren zal de komende jaren verder toenemen. Onder invloed van vergrijzing, toenemende diversiteit en digitalisering verandert de zorgvraag. Landelijk bezien neemt de psychische problematiek niet alleen in omvang toe, maar wordt ook nog eens breder en complexer. Hierdoor staat de zorg onder druk. Vooral vanwege de hoge vraag, beperkte toegang en de krappe arbeidsmarkt. Dit vraagt enerzijds om een optimale inzet van de zorgcapaciteit en inzet van grootschalige preventie, vroege signalering en leefstijlondersteuning bij psychische problemen. Maar ook versterking van de mentale weerbaarheid van de samenleving waarbij het informele netwerk van familie en vrienden in toenemende mate een functie krijgt in het verlenen van zorg. Anderzijds vraagt dit vaardigheden in de omgang met deze toenemende complexere en diverse hulpvraag.
Binnen de geschetste landelijke en regionale context is de verwachting dat de GZ-psycholoog als generalist haar spilfunctie in de psychologische zorg zal behouden bij een verder toenemende, meer diverse en complexere zorgvraag.
Opleiden van adaptieve GZ-ers vanuit het levensloopperspectief
De GZ-opleiding binnen RINO Zuid zal zich de komende jaren dan ook richten op het opleiden van breed georiënteerde, adaptieve GZ-ers, die ingezet kunnen worden in verschillende sectoren van de gezondheidszorg. Waarbij ze in de betreffende sector hun wetenschappelijk onderbouwde kennis en vaardigheden enerzijds inzetten voor preventie, vroege signalering, het netwerk van de cliënt en zorgprofessionals die betrokken zijn bij de cliënten (populatie). Anderzijds zullen ze deze kennis en vaardigheden inzetten voor de diagnostiek en behandeling van (groepen) cliënten waar ze zorg voor dragen.
De opleiding zal vormgegeven worden vanuit het levensloopperspectief en langs de landelijk vastgestelde leerlijnen: diagnostiek, behandeling, professionele ontwikkeling, leiderschap en innovatie, academisch werken en wetenschappelijk onderzoek. Het aanleren van academisch vaardigheden op het vlak van wetenschappelijk onderbouwd handelen ten aanzien van preventie, consultatie, diagnostiek en (mediatieve) behandeling vormt dan ook een belangrijke pijler in de GZ-opleiding; evenals professioneel handelen. Hierin zullen vaardigheden zoals: zelfreflectie, eigen valkuilen kunnen hanteren, transparantie, verbinding aangaan met anderen, samen kunnen werken maar ook positionering en profilering in teams en organisatie een belangrijke rol spelen.
“Daarnaast willen we tot slot in de GZ-opleiding ook inzetten op het verhogen van het innovatievermogen van onze opleidelingen. Zij zijn immers de zorgprofessionals van de toekomst die de kwaliteit, inhoud en efficiëntie van de zorg verder kunnen door ontwikkelen en vormgeven. We willen hen vaardigheden leren die hen helpen de zorg te innoveren en de kwaliteit van de zorg continu te verbeteren. Ik zie erg naar uit om samen met het team van RINO Zuid, het docentteam, de opleidingsdeelnemers en de collega hoofdopleiders de GZ-opleiding verder vorm te geven ten aanzien van deze speerpunten.”