In een en dezelfde krant stonden twee artikelen. Het eerste ging over psychologen die sjoemelen. Dat woord werd ook zo gebruikt. Blijkbaar komt sjoemelen veel voor bij psychologen die een zwaardere stoornis indiceren dan mag, zodat ze meer tijd kunnen besteden aan een client. In dezelfde krant een interview met Diederik Stapel, de fraudeur met onderzoeksgegevens. Hij werd geïnterviewd over zijn pogingen weer een plek in de maatschappij te verwerven. Ik kreeg vooral de indruk dat hij dat op een niet altijd even handige manier doet en daarbij ook wel met de verkeerde mensen in zee gaat.
Sjoemelen klinkt altijd wel lief. En bekend gezegde is dat een goede katholiek een beetje sjoemelt. Hier in het zuiden is sjoemelen dus niet zo erg. “Maar fraude, dat is heeeeel erg en fraudeurs moeten op het schavot of anders aan de hoogste boom opgeknoopt worden. Publiekelijk stenigen zou ook kunnen. Maar…. Vooral je handen er vanaf trekken”.
De sjoemelende psycholoog doet dat voor de cliënt en die fraudeur, die doet het voor zichzelf. Dat is het verschil zeggen we dan!
Er is nog een begrip; dubbele moraal.
Prettige carnaval en ALAAF!